Wil je graag eventing gaan rijden maar weer je niet zo goed waar je moet beginnen? We helpen je op weg! Er zijn namelijk verschillende fases, het is het handigste dat je ze ook op die volgorde doorloopt. We zien veel mensen die eerst een oefencross rijden en daarna pas les gaan nemen. Zou je ook zomaar een oefenparcours springen starten, zonder dat je thuis een sprong hebt gedaan? Nee toch! En bij het crossen staan de hindernissen ook nog een vast, veel gevaarlijker!
1. Kennismaken met de eventing

Als eerste is het verstandig om kennis te maken met de eventing, doe dat bij voorkeur onder begeleiding van een ervaren instructeur. De hindernissen staan vast en vallen niet om, dat kan snel gevaarlijke situaties opleveren als je niet precies weet hoe je het moet aanpakken. Onder begeleiding van een ervaren instructeur is crossen echt niet gevaarlijker dan gewoon springen.
Wanneer ben je klaar voor je eerste crossles?
- Je kunt zelfstandig rijden in stap, draf en galop. En durft dat ook op vreemd terrein!
- Je bent niet bang om thuis een klein sprongetje te nemen.
- Je hebt je paard of pony goed onder controle in elke gang.
- Elk gezond paard of pony is in staat op op een basisniveau te crossen!
We zien vooral vaak kinderen die eigenlijk te vroeg op crossles komen: de pony is eigenlijk te groot en te sterk of ze durven eigenlijk nog niet goed te rijden op vreemd terrein. Dat is allemaal niet erg, maar verstandig om daar eerst mee te oefenen voor je op crossles komt.
Hetzelfde geldt voor volwassenen die eigenlijk nog té angstig zijn. Een beetje gezonde spanning kan geen kwaad, maar je moet wel durven aangeven wanneer je iets niet durft. Crossen draait om vertrouwen in elkaar, want je paard moet jou kunnen vertrouwen en andersom. Anders is er een grotere kans op ongelukken. Wil je toch een keer crossen, maar ben je angstig? Overleg dan met de betreffende instructeur waar je wilt lessen of ze een terrein of een groepje hebben waarop ze de tijd voor je kunnen nemen om aan de slag te gaan met je angst.
We schreven eerder al een leuk blog met tips voor een goede voorbereiding voor je eerste crossles!

Wat heb je nodig?
- Beenbescherming is aan te raden, bij voorkeur natuurlijk goede crossbeschermers die ook aan de voorkant het been beschermen. Maar als je het slechts een keer wilt proberen is het niet erg om eens met gewone peeskappen te crossen. Paarden worden vaak snel voorzichtig als ze merken dat de balken er niet afvallen.
- Je hebt altijd een bodyprotector nodig. Een volledige bodyprotector en geen rugbeschermer of alleen een airjacket. Dit is verplicht op elk crossterrein of oefencross. Zorg dat deze goed past en aansluit. Je kan er altijd even een lenen van een stalgenoot natuurlijk als je het een keer wilt uitproberen.
- Is de crossles op gras en heb je ijzers? Dan is het verstandig om kalkoenen te draaien. Heb je geen stiftgaten in je ijzers? Overleg even met de betreffende instructeur hoe het terrein erbij ligt of het kan zonder stiften of niet. Staat je paard op blote voeten? Dan kun je zo gaan crossen, op dit niveau is dat allemaal prima te doen zonder stiften op blote voeten.
- Een veelzijdigheid-, spring- of eventingzadel is ook verstandig. Op een dressuurzadel kun je zelf niet goed je balans houden tijdens het springen en het is voor je paard of pony daardoor ook niet prettig.
- Rijlaarzen of jodphurs met chaps.
- En misschien overbodig, maar ook een cap is natuurlijk verplicht.
Verschillende locaties en meerdere lessen
Bij de eventing is elke hindernis die je tegenkomt op je pad nieuw – jullie moeten dus echt een vertrouwensband hebben om dit samen te kunnen doen. Om te werken aan die band is het verstandig om voor je een (oefen)cross gaat doen op verschillende locaties lessen te gaan volgen. Zo kun je toch al een beetje het “nieuwe” van een echte cross ervaren, maar toch onder goede begeleiding zijn, zodat jullie vertrouwen opbouwen i.p.v afbreken. Om die reden geeft Roxana ook op diverse terreinen les zodat je ook dat eens meemaakt.
De waterbak is vaak ook een ding waar niet alle paarden makkelijk in gaan: die kan je natuurlijk op een buitenrit ook eens mee pakken om je zo voor te bereiden op je eerste oefencross.
2. Oefencross

Als je een paar keer les hebt gehad en je paard lijkt het fijn aan te pakken, kun je eens opgeven voor een oefencross. Dit zijn onofficiële crossen waarbij je gewoon lekker mee kunt rijden. Bij sommige kun je starten in groepjes (zoals in Heino) en in anderen start je net als in een gewone cross om de paar minuten.
Sommige oefencrossen hebben een springparcours erbij, maar ze zijn er ook waarbij je geen springparcours vooraf hoeft af te leggen. Vaak kun je op Startlijsten.nl een heleboel verschillende oefencrossen vinden.
Je kunt het beste even overleggen met je instructeur of, en welke oefencross voor jullie geschikt zou kunnen zijn – hij zij kent jullie het beste en weet wat jullie wel of niet kunnen. Vraag dat een keer als je er bent voor een les en dan heeft hij of zij vast gelijk wat tips voor je die je mee kunt nemen.
3. Je eerste echte SGW-wedstrijd
Heb je een keer (of misschien wel een paar keer) een oefencross gedaan en heb je de smaak te pakken? Dan kun je eens denken aan officieel een eventing wedstrijd starten. Je kunt in je MijnKNHS vaak vinden welke wedstrijden er binnenkort bij je in de buurt is.
Wanneer mag je officieel starten?
Om officieel eventing te starten heb je als eerst een winstpunt nodig in het B springen met je paard of pony. En je hebt natuurlijk een startpas nodig van de KNHS om je in te kunnen schrijven op de wedstrijden.
Bij de pony’s moet je tussen de 8-18 jaar zijn om te mogen starten, bij de paarden minimaal 12 jaar.
Tussen de pony’s mag je voor het eerst starten in het jaar dat je 8 wordt en voor het laatst t/m 31 december in het jaar waarin je 18 wordt.
Om in de B/L te kunnen starten moet je pony ook minimaal 4 jaar zijn, dan mag hij starten na 1 augustus.
In welke klasse moet je starten?
Als je zelf nog nooit eerder een eventing wedstrijd gestart hebt, moet je beginnen in de B ook al ben je met springen of dressuur allicht al hoger. Dit geldt ook voor wanneer je paard of pony al hoger heeft gelopen.
Hoe gaat een officiële wedstrijd

Je rijdt 3 onderdelen: dressuur, springen en cross. Wanneer je te laag scoort op een onderdeel mag je niet door naar de volgende. Wanneer je bij de dressuur maximaal 45% scoort mag je niet starten bij het springen, wanneer je meer dan 20 strafpunten (zonder de tijdoverschrijding) hebt in het springen mag je niet starten in de cross.
Er zijn ook officiële B-eventing wedstrijden zonder dressuur: die tellen mee voor de winstpunten. Er wordt dan gerekend met dat iedereen voor de dressuur 70% scoort, je start dan dus altijd met 30 strafpunten.
Een B SGW wedstrijd heeft tussen de 15-20 hindernissen in de cross en 9-10 in het springen. De hindernissen zijn tussen de 80-90 cm hoog. Hagen kunnen tot 100cm hoog zijn – maar daar kunnen de paarden met hun benen doorheen.
Je kunt in de cross greppeltjes verwachten, op-sprongetjes en combinatie sprongen. Er zal ook een waterbak zijn die een inloop heeft (soms een alternatief met een insprong) en er staan nog geen smalle hindernissen of punten in het parcours.
De puntentelling
Ze werken bij SGW met een strafpunten systeem. Voor de dressuurproef krijg je een percentage: bijvoorbeeld 60%. Dan heb je 40 strafpunten: je had er totaal 100 kunnen halen natuurlijk.
Bij het springen worden er ook weer strafpunten bij op geteld wanneer je bijvoorbeeld een balk eraf gooit (+4 strafpunten) of bij een weigering (+4 strafpunten). Daarnaast wordt er 0,4 punten gerekend per seconden die je buiten de tijd over de finish komt.
Bij het crossen kun je natuurlijk geen balk eraf gooien, maar je kunt wel een weigering krijgen: de eerste weigering levert 20 strafpunten op, de tweede 40. Ook bij het crossen is er een optimale tijd waar je rekening mee moet houden, kom je buiten die optimale tijd binnen krijg je ook 0,4 strafpunten per seconden. Kom je meer dan 20 seconden eerder dan de optimale tijd binnen? Dan krijg je ook 0,4 strafpunten per seconden er bij opgeteld.
En dan is het natuurlijk zo dat degene met de minste strafpunten wint.
Wanneer krijg je een winstpunt?
Om door te mogen van de B naar de L heb je 4 winstpunten nodig. Een winstpunt krijg je wanneer je de volgende drie criteria alle 3 behaald:
- Dressuur: Je moet minimaal een score van 55% hebben (dus maximaal 45 strafpunten)
- Springen: Je mag maximaal 12 strafpunten hebben, exclusief de tijd overschrijding.
- Cross: Je mag maximaal 20 strafpunten hebben. Heb je 0 strafpunten dan haal je zelfs 2 winstpunten.
- Stijl in de B: In B eventing wordt ook beoordeeld op stijl. Die moet je ook voldoende halen. Ze beoordelen het op 3 onderdelen: Rijden in het terrein, Springen van de hindernissen en Balans en Zit van de ruiter.
In de B wordt nog niet gewerkt met verliespunten, dat wordt wel gedaan in de hogere klassen.
Stijlcijfers in de B
Zoals gezegd moet je voldoende hebben in de stijlpunten. Goed om dit van te voren dus goed te bespreken met je instructeur waar daarin je valkuilen zitten.
Welk terrein voor je eerste wedstrijd?
Er zijn algemene richtlijnen voor wedstrijden daar de parcoursbouwers zich aan moeten houden. Sommige parcoursbouwers bouwen lastiger dan anderen. Goed om dus even te overleggen met je instructeur welke cross je het beste als eerste zou kunnen starten, je instructeur kent jullie het beste en kent vaak de crosswedstrijden in de regio goed.
Wat heb je nodig voor je eerste wedstrijd?

Uiteraard alles wat we eerder al noemden voor je crossles, maar tijdens een wedstrijd is het ook handig om het volgende aan te schaffen:
- Een wedstrijdnummerhouder – je kunt het ook op je bodyprotector plakken maar kans dat je het verliest onderweg natuurlijk.
- Een horloge met stopwatch zodat je weet hoelang je ongeveer al in de cross zit – zo weet je of je in de buurt van de optimale tijd bent.
Wanneer je echt een wedstrijd gaat doen kun je dat in de B vaak nog op “blote voeten” doen, heb je ijzers is het nu echt wel raadzaam om kalkoenen of stiften te draaien.
Bijna tijd voor je eerste wedstrijd
Nadat je samen met je instructeur in de les heb besproken welke wedstrijd je hebt beste als eerste kunt starten kun je je opgeven via MijnKNHS. De organisatie deelt dan meestal enkele dagen van te voren de startlijst bijvoorbeeld op hun website, facebook of op Startlijsten.nl
De dag zelf
Wanneer je een cross hebt met dressuur zal je die vaak als eerste rijden. En dan later op dezelfde dag zal je je springparcours moeten starten met vlak daarna je cross.
Zorg dat je ruim op tijd aanwezig bent, zodat je de tijd hebt om je springparcours goed te verkennen en je crossparcours te lopen. Bij het crossparcours hebben de hindernissen gekleurde nummer bordjes: niveau B voor de pony’s is geel, niveau B voor de paarden (gelijk aan L voor de pony’s) is groen. Let er ook op dat er soms verplichte doorgangen zijn in de cross, die mag je ook niet missen! Er staan dan twee vlaggetjes (rood rechts en wit links) waar je tussendoor moet.
Vooraf moet je je even melden bij het secretariaat en je startnummers ophalen. Deze moet je om doen, zodat de hindernisjury’s weten wie er voorbij komt. Je kunt deze op je bodyprotector plakken of natuurlijk netjes in een nummerhouder. Bij de startbox vind je vaak de optimale tijd van de cross waar je rekening mee moet houden, dit is vaak een super reële tijd, dus maak je daar niet al te druk over.

Zodra je klaar bent met je springparcours moet je je melden voor een veterinaire keuring – als het goed is staat die duidelijk aangegeven. Zoek deze dus eerst even op voor je de springring in gaat, zodat als je klaar bent je direct weet waar je na toe moet. Deze keuring mag je je paard opgezadeld laten – je moet immers zo de cross nog in. Ze luisteren naar het hart van je paard en je laat hem een stukje stappen en draven op een recht stuk.
Als je paard als “fit to compete” is beoordeeld mag je naar de cross. Je zult daar starten uit de startbox, stap en draaf daar even rustig rond, er staat iemand naast die gaat aftellen wanneer je mag vertrekken vanuit de startbox. Zodra hij op 0 is mag je in galop vertrekken uit de startbox.
Na de cross is er ook weer een veterinaire keuring – die moet binnen 10 minuten na de finish plaats vinden. Houd de tijd dus goed in de gaten – anders wordt je alsnog uitgesloten. Ook als je de cross tussentijd beëindigd moet je je nog melden bij de veterinaire keuring! Bij deze keuring moeten in ieder geval je beenbeschermers af zijn, maar je kunt ook vast afzadelen allicht alvast even wat koelen met water en even wat stappen zodat je paard op adem kan komen.